Voor het opruimen

Het zou een zaterdag worden waar geen script van de beste liedjesschrijver tegenop kan. Dit vraagt om een film. Met in de hoofdrollen Alex & Alex, Bunny Berger, Vanilla Ice en Mark ‘trainen-is-voor-talentlozen’ Van Roekel. We gingen volgas over het Gaanderense haasje heen en zegevierden we voor de achtste keer dit seizoen met 3-2.

Hoewel we vier wedstrijden op rij hadden verloren, stonden we nog steeds op de vierde plaats. Deze positie konden we zaterdag echter kwijtraken aan nummer vijf Volga, waar we bij op bezoek gingen. Je zou denken: nu staat er echt wat op het spel, iedereen is scherp en op z’n minst aanwezig om met hand en tand onze vierde plek te verdedigen.

Dan kent u SSS Heren 2 blijkbaar nog niet goed genoeg. AJ vergaloppeerde zich op de training. Hij kwam te paard en ging te voet naar de kant. Verder blijkt een vrouwenhaar sterk te trekken dan tien paarden. Arno was ‘The Man Who Couldn’t be Moved to Gaanderen’; die vond de wedstrijd van zijn vriendin-die-niet-genoemd-mag-worden blijkbaar belangrijker dan zijn eigen wedstrijd. Hij zou hierdoor wel de Superheroes van SSS 2 missen en mag zich niet in de Gaanderense Hall of Fame voegen.

Om toch nog enigszins representatief voor de dag te komen zou Harald weer meegaan. Onze nestor lag in de plooien gevouwen en moest helaas verstek laten gaan. Komt goed Harrie. Volgende keer ben je er weer bij!

Oké, we gingen dus met drie matig bezette auto’s volgas richting het oosten van het land. Negen man sterk. AJ zou deze ‘eikels’ nog vanaf de bank komen aanmoedigen, maar wie moest dan het gat in het veld opvullen? Van Roekel besloot de stoute schoenen aan te trekken, al wilde hij deze bijna weer uitdoen op het moment dat hij de zaal binnen kwam lopen.

Wie stond daar namelijk? Alex! Ja, Alex Stein van Volga. Maar ook…. Alex de scheidsrechter. U weet wel, het maatje van Niels. Ze hebben de afgelopen maanden intensief mailcontact gehad; Alex vroeg zich af of Niels nog zijn rode en gele kaart had. Saillant detail, slechts een dag eerder was de strafzaak officieel afgelopen (waarover later meer).

We bereidden ons dus voor op een treffen met Alex & Alex. Het moet gezegd worden: de ene Alex was de andere niet. Alex floot namelijk een prima wedstrijd: hij kwam zelfverzekerd over, overrulede de lijnrechters waar nodig en liet lekker doorvolleyballen. Alleen jammer dat hij even zijn beachvolleybalzonnebril had opgezet toen hij een set-up van de schrijver dezes beoordeelde. Waar hij vooral sterk in was: hij sprak de kindertjes Van Roekel en Stein op vaderlijke wijze toe wanneer de twee aanvoerders weer eens aan het kissebissen waren.

De eerste twee sets speelden we netjes en vochten we voor wat we waard waren. Met 20-25 was de eerste set binnen en ook het tweede bedrijf zat bijna in de pocket. Mede dankzij een monsterblok van Rinaldo. Het zal me niet verbazen als de nummer vijf van Volga deze week ’s nachts jammerlijk om zijn moeder heeft geroepen. Volga kwam nog even terug, maar Berger huppelde het winnende setpunt binnen (23-25).

De lange rally’s gingen echter niet in de koude kleren zitten. En dan is het zwaar als je geen wisselmogelijkheden aan de buitenkant bij je hebt. Remco en Frank kenden geen genade en dachten: Mark, als je zo graag wilt volleyballen, dan heb je hier gewoon vijf ballen achter elkaar in één rally. Het moet gezegd worden: hij scoorde ‘m dan wel weer. Maar Van Roekel voelde zich in de derde set als een konijn waar Martin Berger over heen is gereden, nog even achteruit een keer overheen reed en toen maar weer volgas doorreed. We voelden de wedstrijd uit onze handen glippen. Waar wij de eerste twee sets nipt de sterkste waren, moeste we toestaan dat Volga met tweemaal 25-20 langszij kwam.

2-2. Een vijfde set. ,,Voor het opruimen”, wordt er geroepen. ,,Ja, dag!! Ik ga echt niet opruimen.” En toen nam Berger plaats achter het stuur: ,,Maar we gaan ook niet verliezen!”
Het leek even meer op woorden dan daden, want we keken al snel tegen een achterstand aan. Rinaldo hield het verschil klein door nog maar eens een dak boven een Gaanderense aanval te bouwen. Naar verluidt, zijn ze in de sporthal nog steeds de vloer aan het uitdeuken.

We wisselden met een 8-5 achterstand, maar we wisten gewoon: deze wedstrijd gaan we niet verliezen. Een vijfde set gaan we niet verliezen. Het is beuken of bouwen. Alex beukte, maar het was Keinstein die reden tot vieren had: onze Niels nadert de 85 kilootjes schoon aan de vishaak met 8 procent en gaf daarmee een Gaanderense staffel het nakijken. Het zou de ommekeer betekenen. Met een beuk-en-prikmomentje van Gepko was de aansluiting daar.

En dan de ontknoping...

13-14 – matchpoint #1: Rinaldo serveert in het net.
14-15 – matchpoint #2: Berger serveert in het net (op de netrand).
15-16 – matchpoint #3: FC Hendriks komt aan service. En dan weet je gewoon. Die jongen is zo koel als Vanilla Ice, dat komt helemaal goed. En het kwam ook goed. Tegen een ieder ander zou Mark gezegd hebben: niet fout! (Of: serveer maar een één. Blijven omdenken…)
Maar Alwin, die hoorde het publiek al joelen zich klaarmakend voor een nieuwe service in het net, die dacht alleen maar aan eeuwige roem, die dacht Ice Ice Baby.
Zijn service vloog over het net. En Van Roekel stortte zich als een zelfmoordkonijntje vol overgave op de bal die terugkeerde: nog nooit verloren op uithoudingsvermogen. Nog nooit verloren voor het opruimen.

Gratis kip

,,Elk verhaal begint ergens’’, aldus het Orakel van Betondorp. Dit verhaal begint in Barneveld als de kippen van Heren 2 zich naast het Pluimveemuseum verzamelen voor de lastige uitwedstrijd in Dieren. We slaagden er helaas niet in het malse Barneveldse kippenvelletje duur genoeg te verkopen aan Auto van Oort/Rebelle: 4-0. 

Dit verhaal begint in Sportcentrum De Meerwaarde. Niet op zaterdag 14 maart, maar eigenlijk al op zaterdag 4 oktober. Renswouw toen niet meewerken aan dierendag. De blauwe boeren moesten zich ongetwijfeld in de datum vergist hebben. Daarom creëerden de Barneveldse kippen een week later maar voor zichzelf een verlaat Dierendagcadeau. Met Vinken en Wulf (ik verzin het niet) als scheidsrechters hielden wij de gouden eieren in Barneveld in een zinderende wedstrijd tegen de bezoekers uit Dieren.

Afgelopen zaterdag was het opnieuw Dierendag. Ditmaal moesten wij afreizen Dieren. Hahntje de voorste voerde het peloton aan door de binnenlanden van Apeldoorn en Dieren, alsof hij er wekelijks rondscharrelt. Na een mooie toeristische route – die de coach zeker kon waarderen – kwamen we aan bij Theothorne: de doornstruik van God. De hal is een stuk minder mooi dan de naam doet vermoeden, maar pijnlijk zou het voor ons kippenvelletje zeker zijn.

De Barneveldse toom werd in Dieren aangevuld met Gekke Harrie die eerder op de dag samen met Albert Cristina & co had lopen shinen. Onze nestor had daarna een welverdiend dutje gedaan in het Grand Café (en denk maar niet dat wij die lege bierglazen niet hebben gezien…). Eenmaal wakker had hij alle plooien gladgestreken, goten we de koffie, cola en AA in onze mik, zette Berger de deuren open zodat de vogels ook in de vogelhuisjes konden nestelen, om vervolgens de kleedkamer op te zoeken.

Van Roekel hield het kort tijdens de voorbespreking, die hadden we immers al tijdens de nabespreking van de vorige wedstrijd behandeld. We konden dus mooi op tijd de hal betreden. Hier bleek dat ons voorprogramma het er flink van nam. De badminton-/volleybalwedstrijd liep uit op een zinderende vijfsetter, waarin Sinterklaas moeiteloos de balletjes scoorde; zoals hij ook moeiteloos met een vlag in zijn hand een cadeautje uitdeelde aan het stoombootschip van Rebelle. Elk nadeel heb zijn voordeel; aangezien Sinterklaas zelf aanwezig was, hoefde Berger niet de zak te dragen en dat zouden we merken ook! Een half uur later konen we veld betreden: even de mindset aanpassen, muziekje aan en warmlopen. Bram nam het warmlopen in Dieren wel heel letterlijk en hupte als een kangoeroe door het veld.

We hebben goed van onze wedstrijden geleerd. Oftewel, we moeten niet goed starten. Dat deden we dus ook niet. Onze tactiek leek daarna te werken, want we zetten een inhaalrace in aan de (later op de avond bevroren) hand van Martin Berger. In de slotfase slaagden we er echter niet in twee mooie kansen te verzilveren, waarna Auto van Oort er als de kippen bij was om de eerste set te pakken.

De tweede set kende eigenlijk hetzelfde scenario. De thuisploeg nam het initiatief en wij pikten af en toe een graantje mee, maar slaagden er niet in door te drukken als het erop aankwam (25-19). Dat kwam deels door de omloopballen van Auto van Oort, waarbij wij als een kip zonder kop door het veld liepen. Daarom haalde Mark tussen de tweede en derde set maar zijn whiteboard tevoorschijn; even het konijntje wissen en vervolgens de veldsituatie schetsen. Direct verscheen er een Barneveldse driemansblok op de eerste de beste omloopbal van Rebelle (dat de bal in de brievenbus verdween laten we achterwege).

De start in de derde set was sowieso een stuk beter. Bram paste direct een kangoeroehupje toe en daar kon Auto van Oort niet tegen opboksen. Daarnaast had Berger het op zijn heupen gekregen en sloeg hij onder andere een bal zo heerlijk cross weg dat wij alweer bijna de telefoon grepen om De Ron te bellen. Niet iedereen had echter zijn dag, waardoor Mark af en toe het gevoel had voor jan-met-de-korte-achternaam-die-niet-genoemd-mag-worden te staan coachen.

Onder andere Rinaldo en Arno zagen nog steeds zwart voor de ogen na de felle titelstrijd die zij hadden uitgevochten bij het blacklighttoernooi. Misschien hadden deze kippetjes ook iets eerder op stok moeten gaan. Gelukkig hadden we wisselmogelijkheden, met onder andere Harald en Niels. Knor had net zitten uitrusten op de bank, nadat hij de eerste twee sets had gespeeld. Hij had op de bank even tot bezinning kunnen komen en dook zowaar een bal op. Hulde alom! Die jongen zou daar dan ook later op de avond goed voor beloond worden met een lekkere steak.

We konden niet voorkomen dat de Barneveldse kip bijna was kaalgeplukt. De 3-0 achterstand had Auto van Oort zeker niet met korting verkregen, want die speelde een puike pot aan onze zijde. Het was in de vierde set de beurt aan Voshol om de kippen in bescherming te nemen; maar als de vos de passie preekt, boer pas op je kippen. Hij kon ons ook niet aan nieuw succes helpen. De vierde set kunnen we kort over zijn, want was namelijk al bij 11-8 afgelopen toen Martin Berger met zijn geweldige inzicht en een grote grijns op zijn gezicht zonder enige moeite een omloopballetje in zijn rechterbroekzak stopte.

De conclusie: we hebben ons kippenvelletje niet duur genoeg verkocht aan Auto van Oort/Rebelle, maar we hebben de stijgende lijn te pakken. En als je wilt dat je kippen eieren leggen dan moet je het kakelen ook kunnen verdragen. Van Roekel openbaarde nog even zijn plannen om een bed & breakfast te beginnen; de middenmannen zijn al uitgenodigd om stage te komen lopen. Ten slotte sloten we de avond af met een peiling, waarbij we oefenden voor het dubbele stemmen van woensdag.

De kippen vlogen vervolgens uit om de buikjes goed rond te eten. Wat iedereen gegeten heeft? Geen idee, een aantal ging naar Mio waar Martin eens goed gek deed en niet eens een pizza hawai bestelde. Niels had dat beter ook kunnen doen, want de steak was kennelijk zo goed gevallen gezien hij dinsdag nog ziek was. En Bram… die jongen heeft altijd honger. Hij stond rond middernacht nog met zijn rechterhand in de vriezer te graaien. Onze haan had nog honger. Hij had zin in gratis kip.

Waar is de l*l

Drie nederlagen op rij. Dat is een bittere pil; zeker als je denkt na een ‘minder’ seizoen het verliezen achter je te hebben gelaten. Afgelopen maandag is echter de Week van het Sportplezier ingegaan en dat zien wij als een frisse start om ons gesteund door enkele Cruijffiaanse uitspraken de lol terug te krijgen in het spelletje. Of zoals de legendarische nummer veertien zei: ,,Je moet je leven niet laten verpesten door de negatieve dingen, maar je moet optimaal genieten van de positieve dingen.”

Na twee nederlagen hadden we de maand februari achter ons gelaten en richtten we ons met een frisse blik op de toekomst. Winnen is logisch, verliezen niet. Het is ook allemaal vrij betrekkelijk. Het kan vandaag goed gaan, volgende keer niet.

We speelden in ieder geval gewoon weer op zaterdag in onze hal; tegen Pegasus, waar we eerder dit seizoen met 1-3 van hadden gewonnen. De ideale combinatie om weer het juiste gevoel te krijgen.

,,Als je vanuit een negatieve situatie start, kom je nooit meer iets positiefs tegemoet.” Daarom gingen we dan ook met de juiste gevoelens van start. Met 25-21 kwamen we op een 1-0 voorsprong. Mark was nog niet helemaal tevreden – ‘never change a winning team’ is immers geen uitspraak van Cruijff - en wisselde Gepko voor Alwin. Laatstgenoemde was namelijk vergeten de pepernoten uit de zak van Sint Martin te halen; en kon die dus ook niet raken. Ook al mocht hij met behulp van de scheidsrechter nog wel het setpunt op zijn naam schrijven – waarschijnlijk had de scheids even de loep van AJ geleend – Alwin moest even naar de kant en reageerde na afloop richting op vragen van de pers: ,,Een meningsverschil is een groot woord. Ik denk dat hij tot dezelfde conclusie zal komen als ik.”

Het ging lang gelijk op, maar we slaagden er niet in om Pegasus te lossen. Dat kwam ons duur te staan. Met 22-25 ging de set verloren. In de derde set kregen Frank en Niels de kans om te helpen het tij te keren. Dat lukte echter niet. Iedereen ging denken hoe speel ik, maar daar gingen we de fout in. Je moet niet denken hoe speel ik, maar hoe speelt het elftal. Want als het elftal goed speelt, speel ik nooit slecht. Dat kan niet. Als het elftal goed speelt, spelen ze allemaal goed. Maar als het niet goed gaat, wie regelt dan dat het wel goed gaat… Als ik zou willen dat je het begreep, had ik het wel beter uitgelegd: 16-25.

Een nieuwe set, nieuwe kansen. Bram kreeg zijn publiekwissel. Hij had zijn strijd gestreden en zich gerevancheerd op zijn zenuwen. ,,Als je nerveus bent, presteer je minder. Dus waarom zou je nerveus zijn?” zei een wijze man ooit en dat moet Wagtmans ongetwijfeld ook gedacht hebben.

Na een goede periode komt een slechte periode. Na een slechte periode komt een goede periode. In de vierde set liep het dus weer prima en kwamen we zelfs op een comfortabele 14-8 voorsprong. Maar… als je niet scoort kun je ook niet winnen. Tot dan toe was alleen Rinaldo daarin volop geslaagd, maar hij werd uiteindelijk kapotgespeeld: Je hebt maar één lichaam, en dat kun je niet inruilen. Daarnaast waren ‘ons op rechts een gatenkaas’. Gepko gaf AJ hierom een uitbrander: ,,Juist wanneer je iemand mag, hamer je op zijn tekortkomingen.” Waarop onze aanvoerder reageerde: ,,Verdedigen is een kwestie van hoeveel ruimte ik moet verdedigen. Als ik een hele tuin moet verdedigen, ben ik de slechtste. Als ik dit stukje moet verdedigen, ben ik de beste.” In de slotfase kwamen we nog wel weer terug, maar het is simpel: je bent te vroeg of te laat. En wij waren te laat: 23-25.

In de kleedkamer probeerden we de oorzaak van deze nederlaag te achterhalen. Eerst luisterden we allen aandachtig naar Mark. Het verstandigste is om zoveel mogelijk te luisteren, want dat is goed voor je algemene ontwikkeling. Als je er tien procent van leert, ben je de anderen al een eind voor. Bij niet iedereen ging een belletje rinkelen. Laten we het erop houden: je gaat het pas zien als je het door hebt.

Wat de precieze oorzaak is, daar gaan we niet te veel over uitweiden. Het valt ook niet helemaal te verklaren: winnen is logisch, verliezen niet. Kwaliteit zonder rendement heeft geen zin. Rendement zonder dat je plezier hebt, is ook een drama. We moeten dus weer wat meer lol in het spelletje krijgen. Hoe? Daar waren de meningen over verdeeld. Als iemand je wat vraagt en je wilt geen antwoord geven, dan moet je er maar een stukje omheen praten. Tot je denkt: dat is het beste antwoord dat ik kan geven. Dat deden sommigen dan ook. Het resulteerde in ieder geval erin dat we dinsdag heel leuk paaltjesvoetbal hebben gedaan, toch Bram? En we zijn vrijdag van de partij zijn op het blacklighttoernooi. De verwachting is dat er veel geprikt zal worden.

Ten slotte moeten we het ook niet negatiever maken dan het is. Je moet gewoon denken zoals de situatie is. Je kan je beter goed voelen dan slecht. Je hebt een punt. Er is dus nog niets verloren. Het is allemaal vrij betrekkelijk: het kan vandaag goed gaan, de volgende keer niet.

Het komt allemaal goed. En un momento dado…

Was getekend, #(1)4

Contact

Algemene zaken:
Mirella Boshuis
E-mail: algemeen@sss-barneveld.nl

Jeugd TC:

A, B en C (vanaf 12 jaar)
Bram Wildekamp 
E-mail: jeugdtc@sss-barneveld.nl

CMV (6 t/m 12 jaar)
Simone van Essen-Nab
E-mail: cmv@sss-barneveld.nl

Senioren TC:
Cynthia Barten 
E-mail: damestc@sss-barneveld.nl

E-mail: herentc@sss-barneveld.nl

Secretariaat Volleybalvereniging SSS:
Yvonne Sennema
Schoutenstraat 72G
3771 CK Barneveld
Telefoon: 06-22667983
Email : secretariaat@sss-barneveld.nl

Inloggen (mobiel)